Over het archief
In 2012 verloren we Jean Jacques Peters, voormalig ingenieur van het Waterbouwkundig Laboratorium (1964 tot 1979) en internationaal expert in sedimenttransport, rivierhydraulica en -morfologie. Als eerbetoon aan hem hebben we potamology (http://www.potamology.com/) gecreëerd, een virtueel gedenkarchief dat als doel heeft om zijn manier van denken en morfologische aanpak van rivierproblemen in de wereld in stand te houden en te verspreiden.
Het merendeel van z’n werk hebben we toegankelijk gemaakt via onderstaande zoekinterface.
[ meld een fout in dit record ] | mandje (0): toevoegen | toon |
Kanaal Gent-Oostende: renovatie Nieuwekalebrug: deelrapport 2. Advies stabiliteit oevers Verelst, K.; Visser, K.P.; Eloot, K.; Mostaert, F. (2020). Kanaal Gent-Oostende: renovatie Nieuwekalebrug: deelrapport 2. Advies stabiliteit oevers. Versie 5.0. WL Rapporten, 19_078_2. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. VI, 26 pp.
Deel van: WL Rapporten. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen.
|
Beschikbaar in | Auteurs |
| |
Documenttype: Projectrapport |
Trefwoorden |
Hydraulic structures > Dikes, shores and other flood defenses > Erosion protection Literature and desktop study Renovation |
Author keywords |
|
Project | Top | Auteurs |
|
Contactgegevens
Opdrachtgever: De Vlaamse Waterweg; Afdeling Bovenschelde (ABS)
Auteurs | Top | |
|
Abstract |
Voor de bepaling van de stabiliteit van de oevers van het kruispunt tussen de Ringvaart en het Kanaal GentOostende zijn de hydraulische belastingen op de bodem bepaald voor twee karakteristieke types oevers langs dit kruispunt, namelijk de oever in het zuidelijk gedeelte van het kruispunt tussen kanaal GentOostende en de Ringvaart en de linkeroever van het kanaal tussen de Nieuwekalebrug en de toegangsgeul naar de sluis van Evergem. De oevers van de toegangsgeul naar de sluis van Evergem worden niet beschouwd, aangezien deze voorzien zijn van voldoende oeverbescherming. Voor de bepaling van de hydraulische belasting op de bodem zijn enkel de stroming ten gevolge van hoofdschroef en boegschroef van scheepvaart beschouwd, aangezien deze belastingen algemeen maatgevend zijn indien schepen dichtbij de oever varen. De oever in het zuidelijk gedeelte van het kruispunt tussen kanaal Gent-Oostende en de Ringvaart is zowel belast door stroming ten gevolge van hoofdschroef en boegschroef. De berekende stroomsnelheden aan de bodem op deze oever ten gevolge van deze belastingen zijn beduidend hoger dan de toelaatbare stroomsnelheden voor breuksteen. Om erosie van de oevertaluds tegen te gaan dient de breuksteen daarom gepenetreerd te worden met colloïdaal beton. Wanneer gekozen zou worden voor een oeverbekleding bestaande uit schanskorven zouden zeer grote diktes van schanskorven nodig zijn. De oeverbescherming dient aangebracht worden in het gedeelte van de oever tussen de bodem, i.e. het peil +2.01 mTAW na uitbaggeren van de bodem of een lager peil indien dit lagere bodempeil op dit ogenblik al aanwezig is, en de waterlijn of tot het horizontaal gedeelte juist onder de waterlijn van het grondmassief naast de betonnen damplanken. Voor de linkeroever tussen de Nieuwekalebrug en de toegangsgeul naar de sluis van Evergem is enkel de stroming ten gevolge van de boegschroef van belang. Om te weerstaan aan de stroomsnelheden aan de bodem ten gevolge van deze belasting is in dit gedeelte geen bijkomende oeverbescherming nodig. Aan de hand van de resultaten voor de maatgevende hydraulische belastingen is ook een inschatting gemaakt van de oeverbekleding aan rechteroever van het kanaal Gent-Oostende. Deze oever heeft een steilere helling dan de linkeroever tussen de Nieuwekalebrug en de toegangsgeul naar de sluis van Evergem. Deze steilere helling is nadeliger voor de stabiliteit van de oever, waardoor een iets groter breuksteensortering nodig is. Bijgevolg volstaat een oeverbekleding uit breuksteen met dezelfde sortering als bij de oever in het zuidelijk gedeelte van het kruispunt tussen kanaal Gent-Oostende en de Ringvaart om te weerstaan aan de daar optredende hydraulische belastingen. Als alternatief kan ook een oeverbekleding uit schanskorven beschouwd worden. De berekende dikte van de schanskorven voor deze oever is beduidend kleiner is dan de gebruikelijke schanskorfdiktes van 0.30 m à 0.50 m. |
Top | Auteurs |