Zoeken
Zoeken kan via de modus 'eenvoudig zoeken' (één veld) of uitgebreid via 'geavanceerd zoeken' (meerdere velden). Zo kan je bv. zoeken op een combinatie van een auteursnaam (auteur), een jaartal (jaar) en een documenttype.
Boekenmand
Nuttige resultaten kan je aanvinken en toevoegen aan een mandje. De inhoud hiervan kan je exporteren of afdrukken (naar bv. PDF).
RSS
Op de hoogte blijven van nieuw toegevoegde publicaties binnen uw interessegebied? Dit kan door een RSS-feed (?) te maken van jouw zoekopdracht.
nieuwe zoekopdracht
Monitoring van de effecten van de verruiming 48'/43': MOVE eindrapport 2006 (Rapport 10)
van Eck, G.Th.M.; Holzhauer, H. (Ed.) (2007). Monitoring van de effecten van de verruiming 48'/43': MOVE eindrapport 2006 (Rapport 10). Rapport RIKZ = Report RIKZ, 2007.003. RIKZ: Middelburg. 64 pp.
Deel van: Rapport RIKZ = Report RIKZ. Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ): s-Gravenhage. ISSN 0927-3980, meer
| |
Trefwoorden |
Dredging Environmental impact Monitoring Shipping lanes ANE, Nederland, Westerschelde [Marine Regions] Marien/Kust |
Auteurs | | Top | Datasets |
- van Eck, G.Th.M., redacteur
- Holzhauer, H., redacteur
|
|
|
Abstract |
Nederland is in 1995 met Vlaanderen overeengekomen de vaarweg van de Westerschelde te verruimen. Deze verruiming, kortweg verruiming 48’/43’ genoemd, houdt in dat schepen met een maximale diepgang van 48 voet in één getij Antwerpen kunnen bereiken en schepen met een maximale diepgang van 43 voet in één getij de Westerschelde kunnen afvaren. Schepen tot een diepgang van 38 voet kunnen onafhankelijk van het getij de Westerschelde op- en afvaren (1 voet is 0,3 meter). Nederland heeft tevens besloten de ontwikkelingen van de Westerschelde na de verruiming tien jaar te volgen met als doel ‘de omvang van de gevolgen van de verdieping voor de Westerschelde en het mondingsgebied te leren kennen en vast te leggen en het beheer daarop te kunnen aanpassen’. Dit rapport is de evaluatie van deze tien jaar MOnitoring VErruiming (MOVE). |
Datasets (19) |
- Areaalveranderingen van de platen, geulen en ondiepwater per deelgebied (Westerschelde)
- Areaalverschil in de Westerschelde tussen 1996 en 2005
- Bagger-, stort- en zandwinlocaties in de Westerschelde in de periode 1998 t/m 2004
- Baggeren en storten in de Westerschelde
- Biomassaconsumptie per seizoen van steltlopers in de Westerschelde per deelgebied (West, Midden en Oost)
- Bodemdieren Westerschelde (MOVE)
- Ecotopenkaart Westerschelde 1996
- Ecotopenkaart Westerschelde 2004
- Geschatte primaire productie microfytobenthos per hectare plaat/slik in de Westerschelde
- Hoofd- en nevengeulinhoud en plaatvolume voor drie deelgebieden (Westerschelde)
- Jaargemiddelde biomassa microfytobenthos in de Westerschelde in vergelijking tot de Oosterschelde en de Eems-Dollard
- Jaargemiddelde hoogwaterstanden bij Vlissingen en Bath vanaf 1900 tot en met 2005
- Laagwaterstand in Bath ten opzichte van Vlissingen
- Laagwaterstand in Hansweert ten opzichte van Vlissingen
- Ontwikkeling van het totaal aantal broedparen van de Visdief in de Westerschelde, de rest van het deltagebied en de kust van België
- Relatieve omvang van de kokkelbiomassa. (Situatie in 1992 is gelijkgesteld aan 1 litoraal)
- Tienjarige trend en 95% voorspelinterval voor de areaalontwikkeling van de platen (boven -2 m NAP) in het midden van de Westerschelde
- Tienjarige trend en 95% voorspelinterval voor de hoogwaterstanden in Vlissingen, gecorrigeerd voor de 18.6 jarige cyclus
- Totale hoeveelheid gestort materiaal, gebaggerd materiaal en gewonnen zand in drie deelgebieden, west, midden en oost
|
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.