Over het archief
Het OWA, het open archief van het Waterbouwkundig Laboratorium heeft tot doel alle vrij toegankelijke onderzoeksresultaten van dit instituut in digitale vorm aan te bieden. Op die manier wil het de zichtbaarheid, verspreiding en gebruik van deze onderzoeksresultaten, alsook de wetenschappelijke communicatie maximaal bevorderen.
Dit archief wordt uitgebouwd en beheerd volgens de principes van de Open Access Movement, en het daaruit ontstane Open Archives Initiative.
Basisinformatie over ‘Open Access to scholarly information'.
one publication added to basket [322111] |
Uitwatering Galgenweel: uitstroom via de oude en nieuwe constructie
Smolders, S.; De Maerschalck, B.; Vercruysse, J.B.; Plancke, Y.; Mostaert, F. (2020). Uitwatering Galgenweel: uitstroom via de oude en nieuwe constructie. Versie 2.0. WL Rapporten, 19_111_1. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. 36 + 4 p. bijl. pp.
Deel van: WL Rapporten. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. , meer
|
Beschikbaar in | Auteurs |
|
Documenttype: Projectrapport
|
Trefwoorden |
Flow rate Hydraulics and sediment > Climate change > Controlled Reduced Tide (CRT) area Hydraulics and sediment > Hydrodynamics > Current velocities and patterns Hydraulics and sediment > Morphology > Erosion / sedimentation Hydraulics and sediment > Sediment > Cohesive sediment Literature and desktop study Outlets Sedimentation Belgium, Zeeschelde, Galgenweel [Marine Regions] Brak water |
Author keywords |
Uitwateringsconstructie, Debiet; Overlaat |
ContactgegevensOpdrachtgever: De Vlaamse Waterweg; Afdeling Zeeschelde-Zeekanaal (AZZ)
, meer
Auteurs | | Top |
- Smolders, S., meer
- De Maerschalck, B., meer
- Vercruysse, J.B., meer
|
|
|
Abstract |
Het Galgenweel is gelegen op linkeroever net ten Noorden van de Kennedytunnel. Het is gemiddeld 5 m diep en heeft een oppervlakte van 471700 m². Het wordt niet door beken, maar enkel door regenwater gevoed. In droge zomers kan water uit de Schelde het waterpeil in Galgenweel terug aanvullen. Het is een brakwaterplas die voornamelijk voor zeilsport wordt gebruikt. Het Galgenweel staat in verbinding met de Schelde door middel van een constructie met drie kokers. Deze oude constructie zal worden vervangen door een nieuwe uitwateringsconstructie met twee iets grotere kokers. Naar aanleiding van deze werken werden drie vragen gesteld: (1) Hoe lang duurt het bij intense regenbuien van 10 tot 30 mm/m² om dit regenwater uit Galgenweel af te voeren door de oude uitwateringsconstructie en welke debieten worden daarbij verwacht? (2) Bij recente inspecties werd in de uitwateringssleuf van de oude constructie aan de Schelde zijde twee meter slib aangetroffen. De oude constructie zal worden opgevuld met vulbeton, maar eerst moet het aanwezige slib geruimd worden. Kan dit slib op één of andere manier weggespoeld worden? (3) Is de nieuwe uitwateringsconstructie voldoende gedimensioneerd om veel regenwater af te voeren? Bij welke hoeveelheden regen zal de constructie zelf de limiterende factor worden op de afgevoerde debieten? Bij een intense regenbui of bij langdurig regenweer, kan het waterpeil in Galgenweel enkele centimeters stijgen. Indien het regenwater het peil in het Galgenweel doet stijgen tot boven de overlaat, zal er water overstorten en naar de Schelde afgevoerd worden tot het peil van de overlaat terug bereikt wordt. Dit kan enkele dagen tot weken duren, maar de debieten die gehaald worden zijn klein: grootteorde 1 – 40 L/s. Tot voor kort hielden die kleine debieten de betonnen sleuf aan de Schelde zijde van de oude uitwateringsconstructie wel vrij van slib. Recent is in die sleuf twee meter slib terechtgekomen. Dit rapport toont aan dat zelfs met kleine stroomsnelheden (en dus lage debieten door de uitwateringsconstructie), i.e. vanaf 014 -0.23 m/s, al slib kan geërodeerd worden. Er werden enkele oefeningen gesimuleerd om een redelijk debiet door de oude uitwateringsconstructie te bekomen om zo dit slib uit te spoelen. Twee mogelijke oplossingen werden gevonden, waarvan één de duidelijke voorkeur draagt. Enerzijds kan men de terugslagkleppen van de oude uitwateringsconstructie open zetten zodat er water van de Schelde naar het Galgenweel kan stromen. Dit water zal bij laagwater dan ook weer naar buiten stromen en slib eroderen. Bij deze oplossing verwachten we echter dat er ook veel slib in het Galgenweel zal terechtkomen en dat is ecologisch gezien minder gewenst. Een tweede oplossing bestaat erin te wachten tot de nieuwe uitwateringsconstructie klaar is en deze dan te gebruiken om water uit de Schelde in het Galgenweel te laten stromen. Twee hoogwaters kunnen het waterpeil in het Galgenweel op die manier met bijna 0.1 m doen stijgen. Dit water kan dan door de oude uitwateringskokers terug naar de Schelde stromen bij laagwater en het slib in de uitwateringssleuf eroderen. De voorgestelde oplossingen werden theoretisch berekend met heel wat aannames van parameters. De eventueel gekozen oplossing kan in praktijk best kort getest en gemonitord worden, voordat deze langdurig zou worden toegepast. De nieuwe uitwateringsconstructie zal twee kokers met diameter 0.9 m bevatten daar waar de oude constructie drie kokers met diameter 0.6 m bevat. De nieuwe kokers zullen ook veel hoger (bodem kokers op 3.2 m TAW tegenover 0.6 m bij de oude constructie) in de dijk tussen het Galgenweel en de Schelde geplaatst worden. Een korte berekening leerde dat deze nieuwe kokers ruim genoegd berekend werden om regenwater dat het peil in Galgenweel doet stijgen, af te voeren. Er moet al 400 mm neerslag op zeer korte tijd vallen opdat de diameters van de nieuwe kokers limiterend zouden zijn voor het afgevoerde debiet aan regenwater. |
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.