Over het archief
Het OWA, het open archief van het Waterbouwkundig Laboratorium heeft tot doel alle vrij toegankelijke onderzoeksresultaten van dit instituut in digitale vorm aan te bieden. Op die manier wil het de zichtbaarheid, verspreiding en gebruik van deze onderzoeksresultaten, alsook de wetenschappelijke communicatie maximaal bevorderen.
Dit archief wordt uitgebouwd en beheerd volgens de principes van de Open Access Movement, en het daaruit ontstane Open Archives Initiative.
Basisinformatie over ‘Open Access to scholarly information'.
one publication added to basket [80122] |
Fysische en ecologische kennis en modellen voor de Westerschelde: wat is beleidsmatig nodig en wat is beschikbaar voor de m.e.r. Verruiming Vaargeul?
Graveland, J. (Ed.) (2005). Fysische en ecologische kennis en modellen voor de Westerschelde: wat is beleidsmatig nodig en wat is beschikbaar voor de m.e.r. Verruiming Vaargeul? Rapport RIKZ = Report RIKZ, 2005.018. Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ): Middelburg. ISBN 90-369-3429-X. 88 pp.
Deel van: Rapport RIKZ = Report RIKZ. Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ): s-Gravenhage. ISSN 0927-3980, meer
| |
Beschikbaar in | Auteur |
|
Documenttype: Wetenschappelijk rapport
|
Project | Top | Auteur |
- Shipping channel expansion Lower Zeeschelde and Westerschelde, meer
|
Auteur | | Top |
- Graveland, J., redacteur, meer
|
|
|
Abstract |
Nederland en Vlaanderen hebben het strategische besluit genomen om de vaargeul naar Antwerpen te verruimen zodat schepen met een diepgang van 13.1 m de haven getij-ongebonden kunnen bereiken. Voordat daarmee begonnen kan worden moeten diverse procedures doorlopen worden. Een ervan is een m.e.r. waarin de milieu-effecten van de beoogde verruiming staan beschreven. Dit rapport concludeert dat voor die effecten de Kaderrichtlijn Water, de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Lange Termijnvisie 2030 de belangrijkste toetsingskaders vormen. Er wordt beschreven welke relevante toetsingscriteria deze kaders bevatten en welke systeemkennis is vereist om eventuele effecten van een verruiming op die toetsingscriteria te kunnen bepalen. Vervolgens geeft het rapport een overzicht van beschikbare kennis en voorspellingsmodellen. De nadruk ligt op de Westerschelde, maar de meeste criteria en modellen zijn ook relevant voor de Zeeschelde. De methode om via een keten van fysische en ecologische modellen tot voorspellingen te komen is tot nu toe het meest gebruikt en wordt het uitgebreid besproken. De methode is goed bruikbaar maar kent soms forse tekortkomingen, vanwege een beperkt systeeminzicht en niet altijd aansluitende fysische en ecologische modellen. Er worden aanbevelingen gedaan ter verbetering. Een belangrijke aanbeveling is om naast verbetering van de modellen ook gebruik te maken van andere methodieken, zoals aanvullende data-analyses voor verbetering van het systeeminzicht. Dit betreft zowel data uit het Schelde-estuarium als een vergelijking met andere estuaria. Daarnaast wordt aanbevolen de methode van het gebruik van expert opinion te verbeteren. Het rapport beveelt aan in te zetten op een combinatie van voorspellingsmethoden en doet aanbevelingen voor verbeteringen die binnen één jaar te realiseren zijn. |
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.